4.3 Vruchtbaar worden | Uitlegfilms (2 stuks)
In deze twee video’s leer je over vruchtbaarheid — hoe zaadcellen en eicellen worden gevormd, en hoe de menstruatiecyclus verloopt. Dit onderwerp hoort bij thema 4: Voortplanting en seksualiteit.
Vorming van zaadcellen
Bij jongens begint de productie van zaadcellen meestal rond het dertiende levensjaar. Dit gebeurt onder invloed van de hormonen FSH (uit de hypofyse) en testosteron (uit de teelballen). In de teelballen worden zaadcellen gevormd en tijdelijk opgeslagen in de bijballen.
Een zaadcel heeft een kop met erfelijk materiaal en een zweepstaart waarmee hij kan zwemmen. In de zaadleiders worden de zaadcellen gemengd met vocht uit de prostaat en zaadblaasjes. Dit mengsel noemen we sperma, dat voor 99% uit vocht bestaat en slechts 1% uit zaadcellen. Omdat mannen hun hele leven testosteron blijven aanmaken, kunnen ze tot op hoge leeftijd vruchtbaar blijven.
Vorming van eicellen
Bij vrouwen ontstaan de eicellen al voordat ze geboren zijn. Deze liggen opgeslagen in de eierstokken in kleine blaasjes: de follikels. Vanaf de puberteit rijpt gemiddeld één follikel per maand. Bij de ovulatie of eisprong barst het follikel open en komt de eicel vrij, waarna ze via de eileider naar de baarmoeder gaat. Het achtergebleven follikel verandert in het gele lichaam, dat hormonen aanmaakt die belangrijk zijn voor een mogelijke zwangerschap.
De eicel is de grootste menselijke cel en bevat veel reservevoedsel voor de eerste ontwikkeling na een bevruchting. De wand van de baarmoeder bestaat uit een spierlaag en een goed doorbloede slijmlaag: het baarmoederslijmvlies. Daarin kan een bevruchte eicel zich innestelen.
Menstruatie en hormonen
Als er geen bevruchte eicel is, laat een deel van het baarmoederslijmvlies los. Dit noemen we menstruatie. Daarbij wordt slijmvlies met bloed afgestoten en via samentrekkingen van de baarmoeder naar buiten geduwd. Dit kan krampen veroorzaken. De menstruatie duurt meestal drie tot vijf dagen en begint meestal tussen het tiende en zestiende levensjaar.
Tijdens de cyclus schommelen de hormonen, wat invloed kan hebben op emoties en lichamelijke klachten zoals hoofdpijn of rugpijn. Bij sommige vrouwen komt baarmoederslijmvliesweefsel op andere plekken in het lichaam terecht. Dit heet endometriose en kan veel pijn veroorzaken.
Tussen het veertigste en zestigste levensjaar vermindert de hormoonproductie. De overgang begint: eicellen rijpen steeds minder vaak, en uiteindelijk stopt de menstruatie. Dit moment heet de menopauze.
De menstruatiecyclus
De menstruatiecyclus duurt gemiddeld 28 dagen. Aan het begin wordt het baarmoederslijmvlies afgestoten (de menstruatie). Daarna wordt het slijmvlies weer dikker onder invloed van hormonen uit het follikel en het gele lichaam, zodat een bevruchte eicel zich kan innestelen.
Na ongeveer veertien dagen vindt de ovulatie plaats: de eicel komt vrij. Het lege follikel verandert in het gele lichaam, dat hormonen blijft produceren. Na ongeveer twee weken sterft het gele lichaam af, daalt de hormoonspiegel en laat het slijmvlies weer los — de menstruatie begint opnieuw.
De cyclus bestaat dus uit vier fasen: menstruatie, opbouw van het slijmvlies, ovulatie en afbraak van het slijmvlies als er geen bevruchting is geweest.
Hygiëne tijdens de menstruatie
Tijdens de menstruatie is goede hygiëne belangrijk. Menstruatiebloed kan worden opgevangen met maandverband, tampons, menstruatiecups of menstruatieondergoed. Er bestaan ook wasbare varianten van maandverband of ondergoed. Welke methode het prettigst is, verschilt per persoon.
Het is belangrijk om de vulva (de binnenste en buitenste schaamlippen) goed schoon te houden door regelmatig te wassen. Zo voorkom je irritatie en houd je het lichaam gezond tijdens de menstruatie.
Dit was de uitleg over basisstof 3: vruchtbaar worden. In deze twee video's heb je geleerd hoe geslachtscellen ontstaan en hoe de menstruatiecyclus verloopt.
Liever de samenvatting lezen? Lees hier de
samenvatting over paragraaf 4.3
.
Klaar met luisteren?
Test jezelf met vragen over 4.3
.