Samenvatting 11.1 – Het zintuigenstelsel

Wat zijn zintuigen?
Zintuigen zijn organen die reageren op prikkels uit de omgeving, zoals het smaakzintuig dat reageert op smaakstoffen en het gezichtszintuig dat reageert op licht. Samen vormen alle zintuigen het zintuigenstelsel.

Het ontstaan van impulsen
Zintuigcellen vangen prikkels op, maar impulsen ontstaan alleen als de prikkel sterk genoeg is. De minimale sterkte die een impuls veroorzaakt, heet de drempelwaarde. Elke zintuigcel is specifiek gevoelig voor een bepaalde prikkel, de zogenaamde adequate prikkel. Voor deze prikkels is de drempelwaarde laag. Andere, niet-adequate prikkels vereisen een veel hogere prikkelsterkte om impulsen te veroorzaken.

Waarneming en beïnvloeding
De drempelwaarde van prikkels kan variëren en waarnemingen worden beïnvloed door:

  • Gewenning: Bij langdurige blootstelling aan dezelfde prikkel verminderen de impulsen, zoals het niet meer voelen van kleding op de huid.
  • Motivatie: Aandacht verhoogt de gevoeligheid van zintuigcellen, waardoor prikkels sneller worden waargenomen.
  • Hersenverwerking: Hersenen verwerken sommige prikkels sneller dan andere, wat invloed heeft op hoe snel en bewust een waarneming plaatsvindt.