6.4 Natuurbeheer | Uitlegfilm

In deze uitleg over natuurbeheer leer je hoe de mens omgaat met de natuur en welke vormen van beheer helpen om biodiversiteit te behouden. De mens is, net als alle andere organismen, afhankelijk van zijn milieu voor voedsel, water, zuurstof, grondstoffen, energie en recreatie.

In Nederland onderscheiden we twee soorten landschappen: het natuurlandschap en het cultuurlandschap. Een natuurlandschap is door de natuur zelf gevormd, maar in Nederland komt dat vrijwel niet meer voor. Bijna het hele land is een cultuurlandschap: door mensen ingericht en beheerd.

Ongeveer 66% van het Nederlandse landoppervlak is landbouwgrond. Zo’n 12% bestaat uit bos, maar al die bossen zijn door mensen aangeplant. Voor de Tweede Wereldoorlog waren bijna alle bossen gekapt, wat leidde tot stuifduinen en verwoestijning. Daarna werden bossen opnieuw geplant om de natuur te herstellen en de bodem vast te leggen.

Nederland is ook een echt waterland. Met dijken, sluizen en geavanceerde waterwerken wordt het land beschermd tegen overstromingen. Slotensystemen helpen om landbouwgronden droog te houden. Dit laat zien dat een cultuurlandschap voordelen heeft: het is door mensen ingericht en dus beter te beheren.

De mens gebruikt de natuur intensief, wat wereldwijd gevolgen heeft. Ongeveer 75% van alle landoppervlakte is door mensen veranderd door landbouw, mijnbouw of bebouwing. Ook 66% van de oceanen is beïnvloed, en zelfs 98% van de zeeën bevat sporen van menselijke activiteit, zoals plastic.

Door die invloed neemt de biodiversiteit sterk af. Biodiversiteit betekent: het aantal verschillende soorten in een gebied. Hoe groter de biodiversiteit, hoe gezonder het ecosysteem. In Nederland is bijvoorbeeld bijna 40% van de libellensoorten bedreigd, bij reptielen slechts 15% niet, en bij dagvlinders is al 20% verdwenen. Ook bij bijen neemt het aantal soorten snel af.

Een hoge biodiversiteit zorgt voor stabiliteit in een ecosysteem. Veel soorten zorgen voor evenwicht: als één soort verdwijnt, kunnen andere vaak haar rol overnemen. Bij lage biodiversiteit wordt het systeem kwetsbaar. Als een sleutelsoort verdwijnt, kan het hele ecosysteem instorten.

Niet alleen het aantal soorten, maar ook de biomassa neemt af — het totale aantal individuen per soort. Sinds 1970 is het aantal gewervelde dieren en geleedpotigen met bijna 70% gedaald. Wat in duizenden jaren is opgebouwd, verdwijnt in enkele decennia.

Om dit tegen te gaan, werkt de mens aan natuurbeheer en herintroductie van verdwenen soorten. Zo proberen we ecosystemen te herstellen en de biodiversiteit te vergroten. In Nederland zijn soorten als de bever, ooievaar en otter met succes teruggebracht. Andere soorten, zoals de haas en het wilde konijn, zijn juist sterk afgenomen door verstedelijking.

Wat we natuur noemen, is eigenlijk het deel van Nederland dat niet wordt gebruikt voor wonen, werken of landbouw — slechts zo’n 15% van de landoppervlakte. Toch is dat van groot belang voor natuurbehoud.

Er zijn verschillende vormen van natuurbeheer:

Agrarisch natuurbeheer combineert landbouw met natuurbehoud. Door bijvoorbeeld wilde bloemen te zaaien langs akkers worden bijen en andere bestuivers aangetrokken, wat de biodiversiteit vergroot.

Bosbeheer is nodig omdat alle bossen in Nederland door mensen zijn aangeplant. Grote grazers zoals Schotse hooglanders helpen door jonge struiken op te eten, zodat het bos niet te veel uitbreidt.

Faunabeheer regelt het aantal dieren. Omdat Nederland bijna geen grote roofdieren heeft, houden mensen de populaties van herten en wilde zwijnen in balans. Dat gebeurt onder meer door zwakke of zieke dieren te verwijderen.

Tot slot is er waterbeheer. Nederland beheert water niet alleen voor veiligheid en landbouw, maar ook voor de natuur. Zo worden soms sluizen geopend om vissen vanuit zee naar rivieren te laten trekken voor de voortplanting. Daarmee blijft het ecosysteem gezond.

Samenvattend: natuurbeheer is het actief behouden, herstellen en ondersteunen van de natuur. Door goed beheer van bossen, dieren, water en landbouw kunnen we de biodiversiteit beschermen en de natuurlijke balans op aarde behouden.