3.3 Het hart | Uitlegfilm

In deze video leer je over het hart — de bouw, de werking en de functies van de verschillende onderdelen. Het hart pompt het bloed door het lichaam en zorgt ervoor dat zuurstof en voedingsstoffen overal kunnen komen.

Het hart bestaat uit drie hoofdcategorieën van onderdelen: de ruimtes (boezems en kamers), de bloedvaten die erop zijn aangesloten, en de hartkleppen die de stroomrichting van het bloed regelen.

Het hart heeft vier ruimtes: de rechterboezem, rechterkamer, linkerboezem en linkerkamer. Via de bovenste en onderste holle ader komt zuurstofarm bloed het hart binnen in de rechterboezem. Dat bloed stroomt vervolgens naar de rechterkamer en verlaat het hart via de longslagader.

Aan de linkerkant komt zuurstofrijk bloed vanuit de longaders de linkerboezem binnen. Daarna gaat het naar de linkerkamer en wordt via de aorta het hele lichaam in gepompt. De rechterkant van het hart bevat dus zuurstofarm bloed, en de linkerkant zuurstofrijk bloed. Tussen beide helften ligt het harttussenschot, dat voorkomt dat het bloed zich mengt.

De verschillende bloedvaten hebben elk een eigen functie. De holle aders voeren bloed terug naar het hart, de longslagader brengt bloed naar de longen, en de longaders brengen het weer zuurstofrijk terug. De aorta voert het bloed naar alle delen van het lichaam.

De hartkleppen zorgen ervoor dat bloed slechts één richting op stroomt. Tussen de boezems en kamers liggen de gewone hartkleppen, en tussen de kamers en de slagaders de halvemaanvormige kleppen. Ze sluiten en openen op het juiste moment om terugstroming te voorkomen.

De wand van de linkerkamer is veel dikker dan die van de rechterkamer. Dat komt doordat de linkerkant het bloed door het hele lichaam moet pompen, terwijl de rechterkant het alleen naar de longen stuurt. Daardoor is aan de linkerkant meer kracht nodig.

Wanneer je naar een afbeelding van het hart kijkt, lijkt links en rechts vaak omgedraaid. Dat komt doordat je het hart bekijkt alsof het in iemands borstkas zit: wat voor jou rechts is, is voor die persoon de linkerkant.

Het hart werkt in drie fasen. Tijdens de hartpauze (ongeveer 0,4 seconde) zijn de kamers en boezems ontspannen en stroomt er bloed het hart binnen. Vervolgens trekken de boezems samen (0,1 seconde), waardoor bloed naar de kamers wordt geperst. Daarna trekken de kamers samen (0,3 seconde) en wordt bloed de slagaders in gepompt. Daarna begint de cyclus opnieuw. Het bekende “boem-boem”-geluid van het hart is het sluiten van de kleppen.

Rondom het hart liggen de kransslagaders en kransaders. Ze voorzien de hartspier van zuurstof en voeren afvalstoffen af. Als deze bloedvaten verstopt raken, krijgt het hart te weinig zuurstof. Dat kan leiden tot ernstige problemen zoals een hartstilstand.

Dit was de uitleg van basisstof 3 over het hart. In een latere video leer je meer over ziekten van het hart en de bloedsomloop.