Samenvatting 10.5 – Hersenen veranderen

Hoe ontwikkelen je hersenen zich?
De hersenen, het meest complexe orgaan in je lichaam, regelen belangrijke functies zoals ademhaling, hartslag en beweging. Ze zijn opgedeeld in drie delen: de grote hersenen, kleine hersenen en hersenstam. De buitenkant van de grote hersenen, de hersenschors, bevat specifieke gebieden, de hersencentra, die verantwoordelijk zijn voor specifieke taken.

De hersenen bestaan uit een netwerk van ongeveer honderd miljard zenuwcellen. Bij de geboorte zijn de meeste verbindingen tussen deze cellen nog niet functioneel. Dit proces van verbindingen ontwikkelen heet hersenrijping.

Tijdens de kindertijd rijpen de hersencentra die te maken hebben met bewegen en praten. Het gebied van Wernicke helpt bij het herkennen van woorden, terwijl het gebied van Broca betrokken is bij grammatica en spraak. Wernicke rijpt eerder, wat verklaart waarom kinderen meer woorden begrijpen dan ze kunnen zeggen.

De frontaalkwab, een belangrijk hersendeel, regelt onder andere emoties, sociale vaardigheden, logisch redeneren, planning en impulsbeheersing. Deze kwab rijpt vooral in de puberteit.

Welke veranderingen zijn er na je kindertijd?
De hersenen zijn rond de leeftijd van 25 jaar volledig ontwikkeld. Vooral de frontaalkwab en het limbisch systeem veranderen in de puberteit. De frontaalkwab verbetert vaardigheden zoals plannen, probleemoplossing en zelfbeheersing. Pubers hebben echter vaak moeite met afleidingen en impulscontrole doordat dit gebied nog niet volledig is gerijpt.

Het limbisch systeem, betrokken bij emoties en motivatie, is in de puberteit extra gevoelig. Dit kan leiden tot risicogedrag omdat pubers de gevolgen van hun acties niet altijd goed inschatten. Hoewel de hersenen na het 25e levensjaar volgroeid zijn, blijven ze veranderbaar. Door te leren en te trainen ontstaan nieuwe verbindingen tussen zenuwcellen, wat aantoont dat je op elke leeftijd nieuwe dingen kunt leren.